Tijdens de Algemene Ledenvergadering van de Historische Kring Tussen Rijn en Lek gaf het nieuwbenoemde bestuurslid Henk Blok zijn visitekaartje af: hij leverde direct een bijdrage aan de jaarvergadering, middels een lezing.
Zijn lezing gaf voor de pauze het beeld van het gerecht Cattenbroek, gelegen tussen Zeist en Bunnik en de gebouwen in dit gebied met de eigenaren en pachters. De verschillende agrarische bedrijven en buitenplaatsen kregen de nodige aandacht: Cattenbroek, vermeld op een topografische kaart van voor 1972.
Na de splitsing van de gerechten Stoetwegen en Cattenbroek in 1469 zijn er tot 1972, waarin de wijk Couwenhoven als uitbreidingswijk van Zeist is ontstaan nogal wat activiteiten geweest: Naast het buitenhuis en de boerderij Cattenbroek kwamen ook De Brakel, Veldhuizen (ook een groot herenhuis) , De Niënhof en Oud- en Nieuw Griffensteyn aan de orde. De Niënhof valt onder Bunnik en bestond uit meerdere agrarische gebouwen en een landhuis, later een kasteel. Dit kasteel is gekocht door hr. De Wetstein Pfister en over deze persoon meer na de pauze.
Het werd nog levendig toen het “huis te Seijst” ter sprake kwam. Daar zijn twee theorieën over:
1. Het Huis te Seijst is hetzelfde als het huis Kersbergen.
2. het Huis te Seijst heeft zelfstandig bestaan naast huis Kersbergen.
Dit kan worden aangetoond met oude kaarten en met de verklaringen over het verlenen van het predicaat “ridderhofstad”. In de zaal was ook de heer Ar Stramrood aanwezig, die op het punt staat om een boek over het oorspronkelijke ‘huis te Seijst” uit te brengen, genaamd “Fictie en werkelijkheid omtrent het Huis te Seijst”. Uiteraard was hij de mening toegedaan, dat dit huis daadwerkelijk heeft bestaan. Het laatste woord is hier nog niet over gezegd, omdat ook de hr. Theo Ruys een boek over Kersbergen aan het schrijven is. Wordt dus vervolgd.
In het boekwerk van Henk Blok, getiteld Kouwenhoven en Cattenbroek komen de genoemde gebouwen veel uitgebreider aan bod. Het boekwerkje is voor € 12,50 te verkrijgen bij de schrijver. Zie zijn e-mailadres onderaan dit verslag.
Na de pauze kwam Kouwenhoven uitgebreid aan de orde. Deze boerderij met woonhuis ligt ten oosten van de Niënhof binnen het voormalige Gerecht Cattenbroek. Over de bouw, afbraak en wederopbouw is veel bekend. Voornamelijk omdat personen die daar als pachter of jachtopziener hebben gewoond nog steeds in leven zijn. De boerderij had nog muurijzers uit 1540, een leeuwenkop als gevelsteen en een stoeppaal, die helaas is verdwenen bij de nieuwbouw in 2020.
Die hr. De Wetstein Pfister, eerder genoemd bij De Niënhof, had een koloniaal verleden. Meerdere families in het Kromme Rijngebied worden hierbij genoemd en het RAZU doet momenteel onderzoek. Mede omdat in 1864 in Suriname de afschaffing van de slavernij daadwerkelijk plaatsvond en dit jaar dat feit 150 jaar geleden is.1
Meerdere families hebben compensatie gekregen vanwege het verlies van slaven en dan gaat het om miljoenen.
Bijvoorbeeld de fam. Thurkow van huize Bornia, de familie Voombergh van huis ‘Beeck en Rooyen”, de “Niënhof ’door de fam. De Wetstein Pfister, fam. Eschauzier, fam. Kooy, fam. Loudon en de fam. De Beaufort. Dit zijn slechts enkele families en buitenhuizen.
Binnenkort worden er tentoonstellingen over dit onderwerp georganiseerd, o.a. tussen 29 juli en 23 augustus in Bunnik. Houd hierbij de nieuwsbrief en ons tijdschrift in de gaten.
Een interessante avond!
e-mailadres Henk Blok: henk.leonore.blok@gmail.com 
e-mailadres Ar Stramrood: ar.stramrood@gmail.com
- Nadat in 1864 de slavernij in Suriname werd afgeschaft is er de bepaling opgenomen om nog gedurende 10 jaren de slaven (onder betaling) te laten werken. Daarna waren ze pas echt vrij. ↩︎

De slavervenij werd in Suriname afgeschaft op 1 juli 1863 en niet 1864. Om werkelijk vrij te zijn moesten de slaven nog 10 jaar door werken zodat de werkelijke datum 1873 is.
Vriendelijke groeten,
Ronald Doelwijt